45. WIE IS DE DADER?
Ik lig in bed. Het is koud in de slaapkamer en ik kruip dichter tegen mijn partner aan, daar vind ik de warmte die ik zoek. Hij is vast in slaap. Dat hoor ik aan zijn gelijkmatige adem. Ik ben niet zo'n onmiddellijke inslaapvaller.